Toetsen worden gebruikt om de vaardigheden en resultaten van leerlingen in kaart te brengen. Onder Toetsen worden zowel toetsen als observaties verstaan.
Het onderdeel Toetsen bestaat uit de volgende onderdelen:
- Toetsen activeren.
In dit onderdeel geeft u aan welke van de in ESIS beschikbare toetsen door uw vestiging daadwerkelijk gebruikt worden. Daarnaast geeft u in dit onderdeel algemene zaken aan over scoringsmethoden en signalen die gebruikt kunnen worden bij de toetsdefinities. Zie het artikel: Toetsen activeren - Toetsdefinities.
In dit onderdeel worden de verschillende toetsen gedefinieerd. Een toetsdefinitie bestaat uit naamgeving, de wijze waarop de toets gescoord wordt, de verschillende versies van de toets, de afnamemomenten en de omrekeningen.
De grote verzameling voorgedefinieerde toetsen kunt u in dit onderdeel inzien, maar kunt u niet wijzigen. Zie het artikel: Toetsdefinities